WAT IS EEN SOCIAAL-EMOTIONEEL KLIMAAT?
Het sociaal-emotioneel klimaat in een onderdeel van het pedagogisch klimaat in een klas. Alkema et al. (2006) definiëren het pedagogisch klimaat als volgt:
Onder pedagogisch klimaat verstaan we het totaal aan bewust gecreëerde en aanwezige omgevingsfactoren die inspelen op het welbevinden van het kind waardoor het zich in meer of mindere mate kan ontwikkelen (p. 347).
Een adequaat pedagogisch schoolklimaat, in de vorm van een veilige en zorgzame leeromgeving, is een belangrijke voorwaarde voor effectief en efficiënt onderwijs (Osher e.a., 2006). Verder houdt een stimulerend pedagogisch klimaat ook rekening met basale behoeften van kinderen: behoefte aan goede relaties, aan competentie en aan autonomie (Stevens, 2002).
Een andere definitie van het sociaal-emotioneel klimaat in het basisonderwijs is die van Rudolf Moos (1979). Hij gaat voornamelijk uit van de invloed van de omgevingsfactoren. Dit klimaat heeft betrekking op de gehele school. Volgens Moos is het sociaal klimaat een samenspel van componenten die uiteindelijk van invloed zijn op het pedagogisch klimaat in een klas of een hele school. Zijn mening is dat het van belang is dat leerkrachten zich bewust zijn van dit samenspel van componenten. Pas als leerkrachten zich hier bewust van zijn, kunnen zij hier daadwerkelijk iets mee doen. (Moos, 1979, p. 65) Volgens de beschrijving van Moos bevat de omgeving vier componenten die van belang zijn bij het beschrijven van een leeromgeving:
Het pedagogisch klimaat bestaat uit vier pijlers:
- Onderlinge relaties
- Sfeer in de klas
- Orde in de klas
- Leraar-leerling relaties
Bovenstaande vier pijlers van het pedagogisch klimaat zijn globaal op te delen in twee delen: de sociaal-emotionele ontwikkeling en het welbevinden van leerlingen in de klas aan de ene kant, en de kwaliteiten van de leerkracht aan de andere kant.
Brandsma en Bos (1994) hebben een overzicht gemaakt van de kenmerken van een goed pedagogisch klimaat:
1. Acceptatie tussen leerlingen en docent
2. Er heerst een ontspannen sfeer in de klas
3. Leerlingen werken aan hun zelfvertrouwen
4. Leerlingen voelen zich prettig in de klas en gaan met plezier naar school
5. Er wordt rekening gehouden met elkaar
6. Leerlingen zijn in staat om met elkaar samen te werken op een positieve manier
7. Leerlingen zijn sociaal in de omgang met anderen
(Brandsma & Bos, 1994, pag. 22)
Onder pedagogisch klimaat verstaan we het totaal aan bewust gecreëerde en aanwezige omgevingsfactoren die inspelen op het welbevinden van het kind waardoor het zich in meer of mindere mate kan ontwikkelen (p. 347).
Een adequaat pedagogisch schoolklimaat, in de vorm van een veilige en zorgzame leeromgeving, is een belangrijke voorwaarde voor effectief en efficiënt onderwijs (Osher e.a., 2006). Verder houdt een stimulerend pedagogisch klimaat ook rekening met basale behoeften van kinderen: behoefte aan goede relaties, aan competentie en aan autonomie (Stevens, 2002).
Een andere definitie van het sociaal-emotioneel klimaat in het basisonderwijs is die van Rudolf Moos (1979). Hij gaat voornamelijk uit van de invloed van de omgevingsfactoren. Dit klimaat heeft betrekking op de gehele school. Volgens Moos is het sociaal klimaat een samenspel van componenten die uiteindelijk van invloed zijn op het pedagogisch klimaat in een klas of een hele school. Zijn mening is dat het van belang is dat leerkrachten zich bewust zijn van dit samenspel van componenten. Pas als leerkrachten zich hier bewust van zijn, kunnen zij hier daadwerkelijk iets mee doen. (Moos, 1979, p. 65) Volgens de beschrijving van Moos bevat de omgeving vier componenten die van belang zijn bij het beschrijven van een leeromgeving:
- fysieke omgeving;
- organisatorische factoren;
- persoonlijke kenmerken;
- sociaal klimaat.
Het pedagogisch klimaat bestaat uit vier pijlers:
- Onderlinge relaties
- Sfeer in de klas
- Orde in de klas
- Leraar-leerling relaties
Bovenstaande vier pijlers van het pedagogisch klimaat zijn globaal op te delen in twee delen: de sociaal-emotionele ontwikkeling en het welbevinden van leerlingen in de klas aan de ene kant, en de kwaliteiten van de leerkracht aan de andere kant.
Brandsma en Bos (1994) hebben een overzicht gemaakt van de kenmerken van een goed pedagogisch klimaat:
1. Acceptatie tussen leerlingen en docent
2. Er heerst een ontspannen sfeer in de klas
3. Leerlingen werken aan hun zelfvertrouwen
4. Leerlingen voelen zich prettig in de klas en gaan met plezier naar school
5. Er wordt rekening gehouden met elkaar
6. Leerlingen zijn in staat om met elkaar samen te werken op een positieve manier
7. Leerlingen zijn sociaal in de omgang met anderen
(Brandsma & Bos, 1994, pag. 22)
Waarom is een goed sociaal-emotioneel klimaat belangrijk?
Volgens Rudolf Moos (1979) beïnvloedt het sociaal-emotioneel klimaat in een klas het gedrag van leerlingen en de leerling-attitudes. Het bevordert de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen in de klas.
De school moet een veilige plaats zijn, waar kinderen zich op hun gemak voelen, zichzelf durven zijn, zich geaccepteerd weten, vertrouwen in zichzelf en anderen kunnen hebben. Als er geen veilig sociaal-emotioneel klimaat is kunnen leerlingen niet goed leren in de klas, zien ze er tegen op om naar school te gaan, zullen er veel conflicten zijn. Dat is niet goed voor de ontwikkeling en voor het welzijn van kinderen. En ook niet voor het werkplezier van leerkrachten. (Looy, e.a., 1998)
Een goed en veilig sociaal-emotioneel klimaat vergroot het werkplezier en de motivatie voor leerlingen. Dit zal ook gelden voor leerkrachten, die minder tijd hoeven te besteden aan het oplossen van conflicten tussen leerlingen en minder hoeven op te treden tegen ordeverstoringen. In klassen met een slechte sfeer blijkt namelijk 50% van de beschikbare onderwijstijd verloren te gaan aan ordehandhaving. (http://sociaalemotioneel.slo.nl/thema/algemeen/soc-emot_klimaat/)
Bovendien kan een veilig pedagogisch klimaat een belangrijke bijdrage leveren aan het voorkomen en terugdringen van pesten.
( http://www.nji.nl/nl/Watwerkt_wenselijkgedrag.pdf)
De school moet een veilige plaats zijn, waar kinderen zich op hun gemak voelen, zichzelf durven zijn, zich geaccepteerd weten, vertrouwen in zichzelf en anderen kunnen hebben. Als er geen veilig sociaal-emotioneel klimaat is kunnen leerlingen niet goed leren in de klas, zien ze er tegen op om naar school te gaan, zullen er veel conflicten zijn. Dat is niet goed voor de ontwikkeling en voor het welzijn van kinderen. En ook niet voor het werkplezier van leerkrachten. (Looy, e.a., 1998)
Een goed en veilig sociaal-emotioneel klimaat vergroot het werkplezier en de motivatie voor leerlingen. Dit zal ook gelden voor leerkrachten, die minder tijd hoeven te besteden aan het oplossen van conflicten tussen leerlingen en minder hoeven op te treden tegen ordeverstoringen. In klassen met een slechte sfeer blijkt namelijk 50% van de beschikbare onderwijstijd verloren te gaan aan ordehandhaving. (http://sociaalemotioneel.slo.nl/thema/algemeen/soc-emot_klimaat/)
Bovendien kan een veilig pedagogisch klimaat een belangrijke bijdrage leveren aan het voorkomen en terugdringen van pesten.
( http://www.nji.nl/nl/Watwerkt_wenselijkgedrag.pdf)
Hoe bouw je een goed sociaal-emotioneel klimaat in de klas op?
Het Nationaal Expertisecentrum Leerplanontwikkeling (SLO) heeft een stappenplan voor leerkrachten opgesteld om het sociaal-emotioneel klimaat in de klas te optimaliseren:
1. De eerste stap is het analyseren van de sfeer in de groep. De leerkracht analyseert de kwaliteit van de groepssfeer in zijn klas, de leerkracht-leerlingrelatie, de relaties tussen leerlingen onderling en de relatie tussen de groepssfeer en het onderwijsprogramma.
2. Als tweede stap analyseert de leerkracht zichzelf. Hij analyseert of hij goed in zijn vel zit en hij het naar zijn zin heeft op zijn werk. De belangrijkste sfeerbepaler in de klas is namelijk de leerkracht. Leerkrachten met een positieve basisinstelling hebben een positief effect op het sociaal-emotioneel klimaat in de klas.
3. De derde stap is het regelmatig invoeren van nieuwe sfeerversterkers. Het SLO heeft 27 sfeerversterkers op een rijtje gezet. Uit deze lijst met sfeerversterkers zijn twee te realiseren door middel van energizers. Dit zijn de volgende twee:
- het onderwijs verlevendigen met speelse situaties en doe-activiteiten
- ontspannende tussendoortjes opnemen in de lessen.
1. De eerste stap is het analyseren van de sfeer in de groep. De leerkracht analyseert de kwaliteit van de groepssfeer in zijn klas, de leerkracht-leerlingrelatie, de relaties tussen leerlingen onderling en de relatie tussen de groepssfeer en het onderwijsprogramma.
2. Als tweede stap analyseert de leerkracht zichzelf. Hij analyseert of hij goed in zijn vel zit en hij het naar zijn zin heeft op zijn werk. De belangrijkste sfeerbepaler in de klas is namelijk de leerkracht. Leerkrachten met een positieve basisinstelling hebben een positief effect op het sociaal-emotioneel klimaat in de klas.
3. De derde stap is het regelmatig invoeren van nieuwe sfeerversterkers. Het SLO heeft 27 sfeerversterkers op een rijtje gezet. Uit deze lijst met sfeerversterkers zijn twee te realiseren door middel van energizers. Dit zijn de volgende twee:
- het onderwijs verlevendigen met speelse situaties en doe-activiteiten
- ontspannende tussendoortjes opnemen in de lessen.